A is een koetje is gepubliceerd in de reeks waarin ook Schapenvellen en Ganzenveren (over miniaturen) en Vuur een aarde (over pottenbakken) verschenen. Met dit deel over het schrift en het alfabet groeit deze reeks verder uit tot een van de origineelste non-fictie series. Aan de basis van dit boek ligt een tentoonstelling, georganiseerd door Scryption, het museum voor schriftelijke communicatie in Tilburg. Het 'Letters vooraf' stelt meteen een aantal vragen waarop het boek een antwoord biedt: Waarom de letters eruitzien zoals ze eruitzien? Waarom de A voor de B staat en niet andersom? En de S achteraan en waarom we in 's hemelsnaam een Q nodig hebben? Na het onderscheid tussen spraak en schrift verduidelijkt te hebben, geven de auteurs in grote lijnen de geschiedenis van het schrift, vanaf de vroegste rotstekeningen over het spijkerschrift, de hiërogliefen, het Fenicische alfabet tot het Griekse en Latijns schrift. In de hoofdmoot van het boek krijgt elke letter van ons alfabet apart aandacht, waarbij je te weten komt hoe die zich ontwikkelde: de A vanuit een symbool voor een rund, de B vanuit een Egyptische hiëroglief die een plattegrond voor een huis voorstelt enzovoort. In de slothoofdstukken krijg je nog een korte geschiedenis van de technieken om te schrijven, "van ganzenveer tot computer", een overzicht van schriften met andere tekens (morse, braille, fonetisch schrift) en uitleg over andere schriften: het Arabisch, Chinees, Japans en Cyrillisch. Tussendoor kom je anekdotes te weten over bijzonder tekens als het apenstaartje, de ampersand en zelfs het puntje op de i.

Het boek is zoals de andere delen verzorgd uitgegeven met zorgvuldig geselecteerde kleurenfoto's. Bij de geschiedenis zie je bijvoorbeeld een kleitablet met spijkerschrift of een Assyrische muurschildering met schrijvers, bij de letters krijg je foto's van situaties waarin de letter afgebeeld is: bv. een pop van superman of Churchill met het V-teken. Deze foto's konden wel origineler, ze komen te vaak uit de reclame (H&M, C&A ...). De tekeningen van Dorus Brekelmans zorgen voor een letterlijk en figuurlijk luchtige noot. Af en toe kun je zelf aan de slag met een opdracht in een kadertje. De tekst is eenvoudig en helder geschreven, maar soms wel wat saai. Vooral de vragen tussendoor zorgen toch nog voor wat levendigheid.

A is een koetje bewijst dat informatieve boeken best origineel en sprankelend kunnen zijn: het laat je met andere ogen kijken naar wat zo vanzelfsprekend lijkt als de letters van ons alfabet. [Jan Van Coillie] Verberg tekst

Een verhaal over de ontwikkeling van het schrift en het alfabet, geschreven door Rob Berkel en Ferran Bach. Rob Berkel, directeur van het Scryption in Tilburg, schreef in 1995 een gelijknamig boek* (met spiraalband) naar aanleiding van een tentoonstelling een aantal jaren geleden. Deze publicatie heeft ongeveer dezelfde inhoud, maar is nu anders uitgevoerd en afgestemd op een andere doelgroep. Het is een overzichtelijk en mooi geïllustreerd kijk- en leesboek voor kinderen vanaf 10 jaar geworden. De vorige uitgave was gericht op kinderen vanaf 12 jaar. De teksten zijn kort en eenvoudig; op elke pagina staan kleurrijke foto's en tekeningen. In kaders wordt regelmatig een aantal leuke opdrachten gegeven. Kritiekpunten zijn het ontbreken van een begrippenlijst, een register en de verwijzing naar relevante websites over dit onderwerp. Een schitterend leesboek voor kinderen met een hoge informatieve waarde. Voor het maken van een werkstuk is het een handig naslagwerk. Mag niet ontbreken in het documentatiecentrum van het basis- en voortgezet onderwijs.Voor de Pabo is het een waardevolle aanvulling op de korte beschrijvingen in de diverse leerboeken over schrijfonderwijs. Verberg tekst